Pijn en lijden

Pijn en lijden



Lilian van der Vaart, Zen.nl Eindhoven

Vorige week sloot een nieuwe cursiste zich bij de doorgaande groep aan. In de zomer had ze zichzelf leren mediteren en Alle dagen zen van Joko Beck gelezen. Het had haar direct gegrepen. Dit moest ze doen. Waarom wist ze niet en vond ze ook niet zo interessant. Haar intuïtie vertelde haar dat het goed was om zenbeoefening te gaan proberen.
         Ze mediteerde twee keer mee bij Floor Rikken in Utrecht, en belandde vervolgens bij mij in Eindhoven, haar woonplaats. Die eerste avond arriveerde ze hijgend van het harde fietsen om op tijd te zijn. Ik vertelde haar dat ik van plan was een stille les te doen, 3x 25 minuten mediteren. ‘Doen’, zei ze, ‘gewoon doen. Het enige dat me kan overkomen is dat ik moet afzien.’

And so we did. Ze zat erbij alsof ze nog nooit anders had gedaan.

Eerste keer
Vorig jaar leidde ik in een sesshin de ‘eerste keer’ bijeenkomsten; die organiseren we altijd voor de deelnemers die voor het eerst meedoen. Elke dag hebben zij daar de gelegenheid vragen te stellen over hun ervaringen. Dat kan over van alles gaan: van de pijn in je knie via ‘waarom zwarte kleding’ tot en met de rol en werking van rituelen. Het was een forse groep, zo’n dertig mensen. Dat vraagt om effectief met de tijd omgaan, zodat iedereen aan bod kan komen.
         Op dag 2 waren er meerdere vragen over omgaan met de pijn van het vele zitten. Dat is iets waar iedereen mee te maken krijgt natuurlijk, ook de meest ervaren zitters. Alleen, wat je als ‘eerste keer’ deelnemer niet weet: het is niet zo dat die pijn alleen maar erger wordt gedurende de week. Die verandert, vermindert, kan zelfs verdwijnen of je helemaal niet meer hinderen. Dat miraculeuze verschijnsel maakte ik in mijn eerste sesshin zelf mee na een paar dagen. Op het moment dat ik dacht dat ik het nooit zou volhouden en niets meer wist te doen om de pijn niet te voelen, gaf ik mijn verzet ertegen op. En o hoe wonderlijk…, de pijn verdween. Ik herinner me ook de vrouw die tegenover mij zat in die sesshin, die na afloop naar me toekwam en zei: ‘Ik wilde zó graag tegen je zeggen dat het vanzelf minder wordt.’ Op dat moment, aan het einde van de sesshin, kon ik dat uit eigen ervaring volop beamen. Wat me ook ontzettend goed deed, was dat zij mijn lijden aan mijn pijn had opgemerkt en met me had meegeleefd.
         Mijn zazen is ook na die eerste sesshin nooit gemakkelijk geworden, dat is het nu nog steeds niet. Pijn bij het zitten ken ik als geen ander, en pijn vind ik niet fijn. Maar ik weet daardoor ook als geen ander wat het ‘afzien’ kan brengen, en daar ben ik wél heel blij mee. Pijn is niet fijn, maar no pain no gain is een waarheid als een koe. Mijn nieuwe cursiste raakte dus een snaar bij mij met haar bereidheid om af te zien.

Bij vragen over pijn in zo’n ‘eerste keer’ bijeenkomst, komt al die ervaring met ‘zitten met pijn’ naar boven. Evenals het mededogen van de vrouw uit mijn eerste sesshin. Inmiddels heb ik meerdere methoden om het pijnlijke zitten gemakkelijker te maken. Die kan ik in elk geval delen, en dat doe ik dan ook. Veel heeft met de manier van ademen te maken – in ons verzet tegen de pijn gaan we daar vaak juist dingen mee doen die het alleen maar erger maken. Maar zelfs als je je adem zijn eigen ding laat doen, wil dat niet zeggen dat je de pijn zomaar weg ademt.
         Dat bleek nu wederom. Een van de deelnemers stelde in de laatste minuut van de bijeenkomst een vervolgvraag over pijn. Hij was tot dusver vooral met bubbels bezig geweest; nu was er naar zijn gevoel alleen nog maar pijn. Wat te doen? De tijd ontbrak om er uitgebreider bij stil te staan, en mijn intuïtieve antwoord was: ‘pijn is ook een bubbel’. Hoe dat antwoord landde kon ik niet meer checken, de kleppers gingen, het was tijd voor zazen.
         Het bleek het beste antwoord dat ik had kunnen geven. Niet alleen voor de vragensteller, maar ook voor een aantal anderen. Een ervan zat met de naweeën van een verbrijzelde voet, en bleek veel inspiratie uit dit antwoord te hebben gehaald. Want het gaf hem zicht op waar het bij pijn vooral om gaat: het is niet zozeer de pijn zelf die in de weg zit, maar de beleving ervan. Mijn pijn in mijn eerste sesshin werd vooral veroorzaakt door allerlei emoties en gedachten eromheen. Angst bijvoorbeeld: ik houd dit niet vol, dit gaat niet goed… Zit ik niet iets kapot? Iedere keer dat ik voor kinhin opstond, en merkte dat de pijn vanzelf verdween nam mijn angst een beetje af. Maar ook: ik WIL geen pijn! Ik heb het recht geen pijn te hebben! En: ik ben vast de enige die pijn heeft, die anderen zitten er allemaal zo rustig bij. Boosheid, verzet, schaamte – het passeerde allemaal. En al dit gedoe in mijn hoofd dreef de pijn alleen maar verder op. Ik leed als geen ander aan mijn pijn, en ik had géén verbrijzelde voet gehad. Pijn hoeft geen lijden te zijn.

Pijn en lijden
Dat pijn en lijden niet hetzelfde zijn, ervoer ik dus al in mijn eerste sesshin. Maar pas vele sesshins later kon ik het inzicht daaruit verwoorden. Hierbij werd ik geholpen door Philip Kapleau die in zijn boek De zen van leven en sterven een hoofdstuk wijdt aan pijn en lijden. Hij geeft een helder overzicht van de factoren die bijdragen aan lijden: de fysieke pijn is de basis en het enige concrete, werkelijk aanwezige. Dat moet je natuurlijk niet uit het oog verliezen, en dat kan in een sesshin om maatregelen vragen. De overige factoren dragen in meer of mindere mate bij aan het lijden aan de pijn. Dat noemen wij bubbels.
         Du moment dat ik ga doorzien hoe die pijn en de factoren die daaraan bijdragen zich manifesteren, wordt de pijn niet alleen hanteerbaar, maar kan die zelfs inzicht en inspiratie bieden. Pijn als bubbel laat de dubbele werking van bubbels zien: de kant die me hindert en de kant die me kan inspireren, mits ik dat toelaat.

Dit artikel wilde al een jaar geschreven worden. Mijn nieuwe cursiste herinnerde mij daaraan en inspireerde me om het dan nu toch eindelijk eens te schrijven.

Over de relatie tussen pijn, afzien en endorfine, zie ook Zen en Geluk, hoofdstuk 3.

Verdieping? Doe mee met de Zendodag in Eindhoven.

Pijn en lijden